Diverse overlijdensoorzaken (V2-bom, shellshock, grensincident)

Geboren te Simpelveld 27 april 1942, dochter van mijnwerker (houwer) Johan Joseph Wings en Maria Theresia Schroeders. Overleden op 14 oktober 1944 in het ziekenhuis te Heerlen. 

Voor- en achterzijde van het bidprentje van de tweejarige José Wings. Collectie: Joep Wings.

Op de begraafplaats in Simpelveld lag vele jaren het kindergrafje van Josepha Theresia (José) Wings (1942-1944). Het graf is in 2019 geruimd. Dit meisje is tijdens een bombardement in de buurt van haar ouderlijk huis in een shock geraakt. De oorlogsperiode was niet ongemerkt aan de familie Wings voorbijgegaan. Het gezin was woonachtig in de Baaks in het laatste huis van Simpelveld langs de doorgaande weg in de richting van Spekholzerheide (thans Rolduckerweg 58). Oom Hubert Wings probeerde zich te verbergen voor de verplichte Duitse arbeidsdienst, maar werd toch gepakt en naar een arbeidskamp in Duitsland gestuurd. 

Na de oorlog keerde hij daarvan berooid en uitgehongerd terug. Hein, een andere broer van de vader, kwam met zijn gezin op straat te staan. Zij werden gastvrij in Simpelveld opgevangen en kregen van het huis in de Baaks de bovenverdieping tot hun beschikking, terwijl het gezin WingsSchroeders zich terugtrok op de begane grond. Aan de overzijde van de weg, bij de tuin van de familie Vliekx, kwam een houten keetje te staan dat door Duitsers bemand werd, de zogenaamde Duitse post, die voorbijgangers controleerde. Voorts werden voorzorgsmaatregelen getroffen toen het front in de buurt kwam. Met boomstammen uit het bos zorgde vader Wings ervoor dat de kelder extra gestut werd en aldus omgebouwd tot schuilkelder. Zou het huis het begeven, dan zou de familie in de kelder alsnog kunnen overleven. Ook zijn collega-mijnwerkers waren hiervan op de hoogte; dus als zij voorbij fietsten van of naar de mijn en er werd geschoten, dan vloog de voordeur open en stormde iedereen de kelder in. Die net als in de mijn gestutte kelder bood veiligheid in onzekere tijden. Maar het ging toch een keer ernstig mis. Op 11 oktober 1944 barstte namelijk na het door de Duitse verdedigers afgewezen ultimatum een enorm geallieerd bombardement los en vonden grote beschietingen van Aken plaats. Bij dat bombardement op Aken en de Duitse afweerreactie was de kelder het toevluchtsoord. Daarbij werd in alle haast en paniek waarmee het gezin, inwonende familie en eventuele mensen van de straat tijdig in de kelder moesten komen, de 2½ jaar oude José over het hoofd gezien. Men vond haar na de aanval op Aken in de voorkamer, waar het meisje voor de kast stond en wezenloos voor zich uit staarde. Er waren toen nauwelijks auto’s beschikbaar; taxibedrijf De Vries heeft het kindje vervoerd naar het Sint-Josephziekenhuis in Heerlen, waar het drie dagen later als gevolg van de shock is overleden. In alle gastvrijheid die voor het welzijn van anderen betracht werd, was dit de ouders overkomen, die zich dit verzuim nooit hebben kunnen vergeven. 

Het vormde een zware last; ze wilden er met niemand over praten en het werd diep weggestopt, maar zou nooit vergeten worden. Een psychisch trauma werd destijds niet officieel erkend als doodsoorzaak, zodat het meisje officieel niet als oorlogsslachtoffer erkend werd. Maar intussen is bekend dat zogenaamde shellshock wel degelijk een reden van overlijden kan zijn. In haar kinderlijke onschuld verdient José Wings erkenning als oorlogsslachtoffer.